De reformatie van de vluchtelingen

De verspreiding van het protestantisme in onze streken in de 16e eeuw, in een context van staatsgodsdienst, gaf aanleiding tot gewelddadige confrontaties, aangewakkerd door politieke en economische rivaliteit. Deze gebeurtenissen hebben een essentiële rol gespeeld bij het ontstaan van de verschillende protestantse theologische stromingen. De traumatische ervaring van vervolging en exodus werd een factor van identiteit voor de protestanten, zozeer zelfs dat het een vormend element werd van sommige van hun theologische stromingen.

 

De vervolging

De Reformatie in de Nederlanden kreeg een ander karakter dan die in Duitsland of Frankrijk door de onverbiddelijkheid van Karel V en zijn zoon Filips II om het katholicisme te verdedigen. 40% van de executies wegens ketterij in het Westen tussen 1523 en 1565 vond plaats in de Nederlanden. De 17 Provinciën kenden het hoogste aantal doodvonnissen in verhouding tot de totale bevolking. Er werden ongeveer 1.500 mensen terechtgesteld, dertig keer meer dan in Frankrijk.

 

 

 

 

 

 

 

De wederdoper Marie Boisière, 24 jaar oud, biedt haar jonge zoon een peer aan, kort voor zijn executie in Doornik in 1564. Dit relikwie werd eeuwenlang bewaard eeuwenlang door haar nakomelingen, daarna toevertrouwd aan de Universiteit van Amsterdam – Collectie Doopsgezinde Kerk Amsterdam, Universiteit van Amsterdam.

 

De eerste slachtoffers van de vervolging in Europa waren Hendrik Voes en Jan Van Eschen uit Antwerpen, terechtgesteld in Brussel op 1 juli 1523. Het eerste Waalse slachtoffer was de Doornikse theoloog Jean Castellain, terechtgesteld in Vic in Lotharingen op 12 januari 1525. Veel slachtoffers waren katholieke geestelijken die zich tot de Reformatie hadden bekeerd, maar ook veel vrouwen. Vanaf 1529 namen de vervolgingen een dramatische wending na de goedkeuring van het keizerlijk decreet dat de doodstraf veralgemeende.

Er zij op gewezen dat ook tussen de verschillende protestantse stromingen vervolgingen plaatsvonden, zonder echter de omvang van de door de katholieke autoriteiten opgelegde maatregelen te bereiken. In de gebieden waar die overgestapt waren op het protestantisme, werden maatregelen genomen tegen katholieken die trouw bleven aan Rome. In die tijd was slechts een minderheid van de denkers, zowel protestanten als katholieken, tegen religieuze onderdrukking.

 

De weg naar ballingschap

Het geweld van deze repressieve maatregelen bracht een enorme emigratiebeweging op gang vanuit de voormalige Nederlanden naar de steden en streken in Europa die de Reformatie al hadden omarmd. Deze enorme migratiebeweging kende verschillende fasen, afhankelijk van de politieke en religieuze hachelen tussen 1520 en 1648.   Vluchtelingen vestigden zich tijdelijk in een stad, om vervolgens weer te moeten vluchten als verdere vervolging hen bedreigde. De belangrijkste toevluchtsoorden waren de Rijnsteden, zoals Straatsburg, Aken en Wesel, Engeland, de Duitse steden Emden, Frankfurt, Hamburg, de Rijnpfalz, de Verenigde Provinciën (nu Nederland), Zweden, Genève en Frankrijk.

 

 

 

De emigratie te Antwerpen in 1566, schilderij van Jan Antoon Neuhuys (1832-1891) – wikimedia

De snelle verspreiding van het calvinisme in de Nederlanden zal deze exodus bevorderen. Vanaf 1537 veroordeelde Johannes Calvijn de ‘Nicodemieten’ die uiterlijk de katholieke riten bleven volgen. Nicodemus was een discipel die Christus ‘s nachts kwam bezoeken uit angst ontdekt te worden (Johannes 3:2). Calvijn vond dat degenen die niet in ballingschap konden gaan, zich moesten onthouden van het bijwonen van de mis, het eren van beelden of relikwieën. Vanaf 1544 leidde een tweede emigratiegolf tot het eerste vertrek van vluchtelingengroepen. Na toestemming groepeerden de gereformeerden in ballingschap zich snel in “kerken van vreemdelingen”, gevormd op taalkundige basis. Deze kerken waren de eersten die een duurzame kerkelijke organisatie hanteerden. Georganiseerd in een netwerk hadden zij een aanzienlijke invloed op de ondergrondse gemeenschappen in de Nederlanden. Vanaf 1567 nam de vlucht van de Waalse en Vlaamse gereformeerden naar het buitenland bijbelse proporties aan. De meedogenloze repressieve maatregelen na de opstand in de Nederlanden in 1566 brachten een exodusbeweging op gang, die nog werd versterkt na de val van het protestantse bolwerk Antwerpen in 1585.

Beweegredenen voor ballingschap zijn voornamelijk godsdienstig, maar konden ook economisch zijn. De gevolgen van dit emigreren zijn aanzienlijk, zowel in onze streken als daarbuiten. Doornik verliest tussen een kwart en de helft van zijn inwoners. Tussen 150.000 en 200.000 vluchtelingen uit onze streken vestigen zich in de Verenigde Provinciën. Naast de volksverhuizingen heeft deze beweging de verspreiding van het calvinisme, de technologie en de kennis in Europa mogelijk gemaakt. De (Engelse) term “refugee” komt uit het Frans dat gesproken werd door Waalse emigranten. Er werden steden gesticht, zoals Neu-Hanau, of uitgebreid. Sommige, zoals Frankfurt, Hamburg, Londen en Amsterdam, dankten hun welvaart aan de komst van vluchtelingen uit Nederland. Na 1581 probeerden de Spaanse autoriteiten niet langer deze uittocht te verhinderen, die aansloot bij hun wens om het land te ontdoen van zijn protestantse inwoners.

 

De gevolgen

Deze ervaring van vervolging en ballingschap heeft de theologische ontwikkeling van de gereformeerde belijdenissen beïnvloed. De herinnering aan de martelaren van het geloof in Nederland wordt gevierd door protestantse schrijvers en theologen. De herinnering aan de onderdrukking bracht de vluchtelingen samen rond een gemeenschappelijke herinnering en een sterke calvinistische theologische lijn. De doorstane vervolgingen, vergeleken met de vervolgingen van de vroege kerk, lopen vooruit op de komende overwinning van de protestanten en brengen de verbannen gemeenschap samen.

De historicus Heiko A. Oberman aarzelt niet om het calvinisme de “reformatie van de vluchtelingen” te noemen. In het midden van de 16e eeuw was het calvinisme georganiseerd rond een groep verbannen leiders in Genève en een uitgebreid netwerk van soms clandestiene en minderheidsgemeenschappen, verspreid over Europa. De leer van de goddelijke voorzienigheid versterkte de overtuiging van de vluchtelingen dat zij tot het uitverkoren volk behoorden. Vluchtelingen vereenzelvigden zich vaak met pelgrimsfiguren: de reiziger of het Hebreeuwse volk. De verspreiding van een strenge kerkelijke discipline maakt de oprichting van autonome structuren mogelijk. Deze concepten van verkiezing, onafhankelijkheid en discipline leiden tot het ontstaan van een “Exulantentheologie”.

De impact van de vervolgingen was zeer merkbaar in de Verenigde Provinciën, waarvan de identiteit grotendeels werd gevormd door de vluchtelingen. De nieuwe samenleving die in die tijd vorm kreeg, werd gekenmerkt door haar gevoel van een “uitverkoren” volk te zijn (de natie gelijkgesteld met het beloofde land, geïdentificeerd met het nieuwe Israël). De Heidelbergse Catechismus, geschreven onder invloed van de vluchtelingen, benadrukt de goddelijke voorzienigheid, een kenmerk van het gereformeerd protestantisme, de vrucht van de pijnlijke ervaring van vervolging. De ballingen exporteerden deze idealen later naar de Verenigde Staten, die het nieuwe beloofde land zouden worden.

 

Conclusie

Het Belgische protestantisme is diep getekend door de ervaring van vervolging en ballingschap. Recente studies vergelijken dit verhaal met dat van andere religieuze minderheden. Deze vorm van collectief geheugen zet niet aan tot enige vorm van wrok of persoonlijke heiliging, maar vormt een erfgoed, een vorm van getuigenis, over thema’s waarvan de actualiteit niet meer ter discussie staat. Deze herinnering aan de ballingschap verklaart de bijzondere gevoeligheid van de protestanten voor de opvang van vluchtelingen, religieuze minderheden en godsdienstvrijheid. Zij komt tot uiting in de vele acties die in ons land ten behoeve van vluchtelingen worden gevoerd: opvang door het Leger des Heils, voedsel- en kledinginzamelingen en hulp aan nieuw aangekomenen.

Pierre-Yves Charles – VPKB Charleroi

Gastdocent aan de Vrije Universiteit Amsterdam

arrow